vrijdag 8 juli 2011

De gemeenschap van Deir Mar Musa

Een klant van mij vertelde hoe ze met haar vriendje naar Syrië was gereisd en al snel terecht was gekomen in een klooster waar een Italiaanse pater een internationale oecumenische gemeenschap bestierde. De rest van haar vakantie had ze er met veel genoegen geholpen met de bouwvak en het bewerken van het land. Op verzoek van Doutsje en mij nam Bert het klooster op in ons reisprogramma. Wij zouden er een dagtocht van maken vanuit Damascus. Zogezegd zo gedaan. Ik kan dus niet veel zeggen over de gemeenschap behalve wat ik in de gauwigheid zag. De vrijwilligers die wij meemaakten waren geëxalteerde dames en gelijkhebberige heren. Op zich een perfecte combinatie, maar ik prefereer het omgekeerde. De stroom toeristen leek geen invloed te hebben op de algehele rust en waardigheid in het klooster. De Italiaanse pater liet zich even zien om minzaam te groeten en was toen weer snel verdwenen naar de grot waar hij zijn tijd verbrengt met de enorme klus die het beheer van dit complex inhoudt. Terwijl ik zat te tekenen griste een jonge vrijwilliger mijn tekenboek uit mijn handen om er met een autoritaire houding in te bladeren. Voordat hij het op mijn aandringen teruggaf merkte hij op dat mijn lijnvoering stevig en kloek was voor een vrouw. Ik was blij toen ik de 350 treden weer af kon gaan.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten